Inspiratie,  Interview

Directeur Operations KNVB, Meta Römers: ”Ik ben absoluut niet conflictmijdend en dat heeft mij vaak geholpen”

Na 20 jaar bij Randstad gewerkt te hebben, was Meta Römers toe aan een nieuwe stap. Ze solliciteerde voor de functie van directeur amateurvoetbal bij de KNVB en belandde bij de laatste twee kandidaten. De keuze viel uiteindelijk op Jan-Dirk van der Zee, maar de KNVB kwam naderhand bij haar terug. Inmiddels is ze directeur operations bij de grootste sportbond van Nederland. Esther spreekt met Meta over haar rol, het diversiteitsbeleid van de KNVB en de samenwerking met Jan-Drik van der Zee.

Wie is Meta Römers?
Als jongste van een gezin van zes ben ik opgegroeid in een klein dorpje in Zuid-Limburg, met het beste van twee werelden: mijn vader was een echte Limburger, joie de vivre-leefstijl, echt genieten van het leven; mijn moeder was een echte stadse, zij kwam uit hartje Utrecht en heeft ons opgevoed met ‘sla je vleugels uit, ga de wereld in’ en dat heb ik ook gedaan. Na mijn opleiding ben ik bij Randstad beland; ik had verwacht daar een jaartje te zitten en heb daar uiteindelijk 20 jaar gezeten. Ik ben gestart als intercedent, ben daarna vestigingsmanager geworden en de laatste 10 jaar heb ik diversie directierollen vervuld, onder andere commercieel directeur bij Randstad Inhouse Services en directeur van Randstad Uitzendbureau Zuid-Oost Nederland.

En toen naar de KNVB; hoe is dat gegaan?
Op Twitter zag ik de functie voorbij komen als directeur-bestuurder. Ik dacht toen: die bestuurder ben ik wellicht niet, dat past minder  bij mijn profiel en is ook niet wat ik leuk vind, maar die directeur ben ik wel. De afdeling amateurvoetbal had op dat moment net een grote reorganisatie gehad, had slechte jaren achter de rug, er waren veel ontslagen gevallen. Op dat moment was er de behoefte aan een professionaliseringslag om te voorkomen dat dat nog een keer zou gebeuren. Dat profiel paste mij goed; mijn achtergrond bij een zakelijke dienstverlener en mijn passie voor voetbal kwamen daarin samen.

Ik heb dus contact opgenomen met de recruiter. Hij vond mij een beetje een ‘dark horse’ maar hij wilde mij graag meenemen in de selectieprocedure. Ik belandde toen bij de laatste twee.
Jan-Dirk van der Zee (huidig directeur amateurvoetbal, red.) was de andere kandidaat.
Pier Eringa, de voorzitter van de Raad van Toezicht van de KNVB,  zei toen al dat wij een heel mooi duo zouden zijn, maar er was op dat moment maar plek en geld voor één persoon. Ze kozen op dat moment voor de bestuurder en gaven aan dat ze bij me terug zouden komen.

Ik had het sterke gevoel: de KNVB komt wel

Intussen had ik besloten om bij Randstad te stoppen want ik merkte dat ik toe was aan een nieuwe stap. Ik had het sterke gevoel: de KNVB komt wel. Op een gegeven moment ben ik met Jan-Dirk een kop koffie gaan drinken om uit te zoeken of we daadwerkelijk zo complementair waren als iedereen dacht. En wij hadden meteen een klik. En ik heb Jan-Dirk altijd bewonderd dat hij ervoor durfde te kiezen dit samen te gaan doen. We werken al dik 5 jaar heel prettig samen.  Uiteindelijk ben ik een paar maanden later gestart. Ik heb wel tot op het laatste moment gedacht: uiteindelijk kiezen ze toch voor een man, aangezien er nog een andere kandidaat was. Voor mijzelf was dat helemaal geen thema, maar ik besefte dat dat voor de KNVB wel een thema kon zijn: een vrouw in de directie, ik zou de eerste zijn.
In eerste instantie was ik 100% dedicated voor het amateurvoetbal aan het werk. En inmiddels hebben we één directieteam waarbij iedereen zijn eigen rol heeft en voor zowel voor amateur- als betaald voetbal taken uitvoert, dat is helemaal geïntegreerd. Ik ben verantwoordelijk voor de operationele portefeuille, hieronder vallen de wedstrijdorganisatie van de breedtesport, opleidingen, de organisatorische kant van het vrouwenvoetbal en bestuurlijk de Eredivisie Vrouwen, Legal, HR en ICT.

Je geeft aan: passie voor voetbal, waar komt die vandaan?
Het is eigenlijk wel grappig, want mijn ouders hadden niet veel met voetbal. Toen ik 12 was, ging ik een keer met een vriendinnetje mee naar het stadion van Fortuna Sittard. En ik ben daar echt door gegrepen; ik heb meteen een seizoenkaart aangeschaft. Vak N, achter de goal staantribune.  Die liefde voor het voetbal is nooit meer overgegaan. En ik ben groot sportgek, met mijn zonen en man kijken we ook altijd sport en bezoeken we diverse sportwedstrijden.

Wat denk je dat er nodig is om meer vrouwen op hogere posities in de voetbalwereld te krijgen?
Ik geloof dat dat heel erg begint bij vrouwen zelf; we hebben veel meer vrouwen nodig die hun vinger opsteken. Toen ik solliciteerde bij de KNVB heb ik altijd gedacht: ze kiezen me toch niet, ze gaan toch voor die man. Maar als ik me daardoor had laten leiden, had ik me teruggetrokken uit de procedure of me zelfs niet eens aangemeld. Het begint met het echte geloof dat je die baan aankunt op inhoud en expertise en natuurlijk passie voor die wereld hebt. En soms heb je iemand nodig, zoals Pier Eringa en Jan Dirk van der Zee bij mij, die in jouw kwaliteiten gelooft en het laatste besluit durft te nemen.

Vroeger was ik heel fel tegen quota, maar naarmate ik ouder ben geworden sta ik daar genuanceerder tegenover; ik denk namelijk dat het te langzaam gaat en dat quota een versnelling kunnen brengen en een duwtje kunnen zijn voor vrouwen om er wél voor te gaan.

Bij de KNVB hebben we nu een diversiteitsbeleid met ambities; de KNVB-populatie is goed in balans qua man/vrouw-verhouding, maar het klapt om als je naar de managementlagen kijkt.
Dit komt ook doordat talentvolle vrouwen zelf ook andere keuzes maken; en echte ambitie en drive moet je wel hebben om een MT-functie in te vullen.

Zowel op niet-Westerse migratie achtergrond als op M/V-verhouding hebben wij hier ambities voor opgesteld. Hiertoe zijn we gestart met trajecten, bewustwording, onze sollicitatieprocedures, welke wervingskanalen we hebben en we laten ons hierin ook begeleiden door externe partijen met veel expertise op dit gebied. Hoe bereiken we andere doelgroepen? We kijken bijvoorbeeld ook naar de wervingsteksten; deze zijn nu namelijk vaak geschreven vanuit een masculien perspectief. De hele ‘customer journey’ wordt bekeken door de bril van diverse doelgroepen om te kijken wat we kunnen doen aan veranderingen. Dat soort interventies doen we.

Je hebt altijd fulltime gewerkt, je hebt een gezin en doet er ook veel naast, zoals het bezoeken van sportwedstrijden; hoe houd je een goede balans?
Als je kijkt naar veel mannen in senior banen dan hebben zij vaak een partner die het thuisfront regelt. Vaak is dat bij vrouwen anders. Gelukkig zie ik daarin door de jaren heen wel een verschuiving en kiezen mijn (mannelijke) collega’s ook vaker voor een gezondere balans tussen werk en privé.
Ik heb een partner die ook een fulltime baan heeft waardoor er meer afgestemd moet worden. Ik moet dus ook wel eens nee zeggen. Het begint dus gewoon met de overtuiging dat ik die baan aankan, ook als ik op dinsdagmiddag een keer vrij blok omdat er iets is waar ik bij moet en wil zijn voor mijn kinderen. Of een keer een avondvergadering mis omdat mijn man op dat moment een belangrijkere vergadering heeft. Wij wegen dat altijd samen af.

Ik moest in het verleden wel eens een vergadering uitlopen omdat de kinderen opgehaald moesten worden uit het kinderdagverblijf. Uiteindelijk heb ik gekozen voor een oppas aan huis in plaats van kinderdagverblijf en BSO en dat is mijn advies aan alle moeders; dit geeft namelijk zoveel meer flexibiliteit. Zowel mijn man als ik hebben sinds de kinderen geboren zijn altijd een dag thuis gewerkt. Bij een eerdere werkgever van mijn man, was dat geen optie en hij heeft toen een switch gemaakt.

Het gaat er dus om dat je daar samen keuzes in maakt, dat je dat vanuit gelijkwaardigheid met elkaar regelt. Mijn kinderen hebben daar ook hun bijdrage in gedaan en ik denk dat ze zelfstandiger zijn dan als ik continu thuis geweest was. Ik hoop dat ik ze meegeef dat ze straks met hun partner diezelfde gelijkwaardigheid zullen hebben. Over dit thema is een heel mooi boek geschreven. “ The Wife Drought: Why women need wives” Echte aanrader.

Waar ben je het meest trots op, op werkgebied?
Dat zijn twee dingen: ik ben er trots op dat het gelukt is om van het amateurvoetbal weer een financieel gezonde organisatie te maken, waarin we goed de controle en grip op de organisatie hebben. We zien nu in Covid-tijden hoe vreselijk belangrijk die gezonde basis is. Ten tweede ben ik ook echt trots op de Eredivisie Vrouwen. Om mensen bij elkaar te brengen, om vertrouwen te krijgen, om een convenant te sluiten waar we jaren mee bezig zijn geweest. Ook daar ben ik me ervan bewust dat er nog een wereld te winnen is, maar als ik terugkijk naar waar we stonden en zie waar we nu staan, dan hebben we echt enorme stappen gezet.

Ik heb in mijn carrière ongelooflijk talentvolle mensen gezien die misschien wel tien keer zoveel talent als ik hebben, maar die niet de drive of de intrinsieke motivatie hebben om te doen wat nodig is voor zo’n positie

Welke eigenschappen hebben jou op deze positie gebracht?
Zelfvertrouwen, en ik weet dat het ook een cadeautje is als je dat hebt. Dat moet ook een beetje in je genen zitten, dat je in jezelf gelooft. Daarnaast ben ik absoluut niet conflictmijdend en dat heeft mij ook vaak geholpen. Ik spreek mij gewoon altijd uit, ik steek mijn vinger op als ik iets vind. En uiteraard ook gewoon drive en ambitie. Ik heb in mijn carrière ongelooflijk talentvolle mensen gezien die misschien wel tien keer zoveel talent als ik hebben, maar die niet de drive of de intrinsieke motivatie hebben om te doen wat nodig is voor zo’n positie. Want er zit ook een keerzijde aan, het kost ook echt wel wat: je moet veel uren maken, je mist soms dingen thuis van je kinderen, je moet veel compromissen sluiten, je bent af en toe gewoon moe. Maar het brengt mij ontzettend veel voldoening.

Je noemt een aantal eigenschappen die op mij niet typisch vrouwelijk overkomen en je komt op mij over als een warme vrouw. Zijn er ook eigenschappen die je als typisch vrouwelijk zou omschrijven?
Ik hoorde dat vaak terug: “Je komt heel warm over en intussen ben je ook bikkelhard.” Dat is gewoon wie ik ben en niet waar ik mijn best voor doe. Misschien is authenticiteit daar het juiste woord voor. En dat woord is als leidinggevende ontzettend belangrijk. Ik probeer wel altijd op een gelijkwaardige manier in een gesprek te zitten. Ik voel ook echt dat mijn rol niet belangrijker is dan die van de ander; het is een andere rol, maar net zo belangrijk. Die warmte helpt me daarbij wel.

Welke ambities heb jij nog?
Ik heb nog veel ambities bij de KNVB: het modernere werkgeverschap invullen, ik wil dat we wat meer de taal van het voetbal gaan spreken, wil bepaalde doelgroepen die we nu kwijtraken aanspreken, ik heb nog veel ambities intern in deze organisatie.

Uiteraard denk ik er ook wel eens over na wat een volgende stap zou zijn. Maar ik ben ook wel een trouw persoon en zolang er uitdaging is en er leuke collega’s zijn, blijf ik. Als dat niet meer zo is, dan stop ik ook. Misschien zou ik ooit voor een goede-doelen-organisatie willen werken.
Maar ik heb daar geen heel duidelijk beeld over, in dat opzicht ben ik eigenlijk helemaal geen carrièreplanner. Aan het eind van mijn carrière hoop ik wel dat ik kan terugkijken op een loopbaan waarin ik autonoom gehandeld heb, dus als iets niet meer goed voelt, om dan ook de stap te durven zetten om te stoppen en iets nieuws te zoeken. Zo heb ik het tot nog toe altijd gedaan en die vrijheid vind ik heel belangrijk.

Welk advies zou jij aan de jongere versie van jezelf meegeven, met de kennis en ervaring die je nu hebt?
Het advies dat voor mij heel waardevol is geweest en dat ik nu aan anderen mee wil geven is wat ik hoorde toen ik moeder werd. Ik zei tegen mijn toenmalige baas: ik wil vier dagen gaan werken. Mijn baas vroeg toen: “wil je dan ook een kleinere regio?” waarop ik antwoorde: nee, dat is niet nodig.
Hij antwoordde: “dus je zegt nu tegen mij dat jij als moeder, nu in vier dagen dezelfde baan gaat doen die je als niet-moeder in vijf dagen deed? En dus 20% van je inkomen en van je pensioenopbouw gaat inleveren omdat je een dag thuis wilt zijn bij je kind? Als wij nu de deal maken dat jij de regio blijft doen op dezelfde manier als je dat nu doet en jij krijgt dat geregeld met één dag thuis zijn met je kind, blijf dan lekker fulltime werken.”
En dat is voor mijn carrière zo’n belangrijke stap geweest! En ik zeg niet dat je geen carrière kunt maken als je niet fulltime werkt, maar ik zie heel vaak vrouwen vanuit een soort plichtsgevoel dit doen; teruggaan in uren, inkomen en pensioenopbouw voor de rest van het werkzame leven, terwijl ze inhoudelijk dezelfde baan blijven doen. Daarom zijn veel vrouwen op hun veertigste ook opgebrand. Dus ofwel zoek dan een andere rol of zorg dat er een stuk van je werk afgaat als je parttime wilt werken. En dat is het advies dat ik aan alle zwangere vrouwen meegeef: denk er heel goed over na wat je zelf eigenlijk wilt.

Is er nog iets wat ik vergeten ben te vragen?
Een punt dat ik naarmate ik ouder werd meer geleerd heb en waarvan ik denk dat we daar als vrouwen meer over na moeten denken, is hoe vrouwen andere vrouwen kunnen helpen.  In mijn loopbaan zijn het toevallig twee mannen geweest die mij op een cruciaal moment hebben geholpen.

En je ziet vaak dat vrouwen elkaar wat minder gunnen. Ook ik heb me daar schuldig aan gemaakt. Bij Randstad was het up or go, de competitie was enorm, dus je moest soms ook met je ellebogen werken om verder te komen. Dat deden dan vooral de vrouwen met elkaar terwijl de mannen ons gewoon voorbij streefden. En ik heb toen ook wel eens gedacht: als wij nou eens als vrouwen de handen in elkaar slaan. Het zou mooi zijn als wij als vrouwen elkaar wat meer het voordeel van de twijfel geven en elkaar aanmoedigen. Dat is een aspect dat voor mij de laatste jaren veel actueler is geworden.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.